Je start als baby met alle latente mogelijkheden om een compleet mens te worden.
Je hebt alles al in je.
Je kunt jezelf gaan ontwikkelen.
Een manier om te kijken naar de menselijke ontwikkeling en levensloop is het model van geestelijke begeleiding van Tjeu van Knippenberg.
In dit model verloopt die ontwikkeling via drie ontwikkelingslijnen.
Een ontwikkelingslijn loopt via de tijd: er zijn gebeurtenissen.
Je levensloop schakelt zich aaneen door gebeurtenissen.
Op je reis door de tijd kun je medereizigers ontmoeten of metgezellen hebben.
In de tijd kies je de richting die je wilt gaan.
Of omstandigheden creëren andere mogelijkheden dan jij je voornam.
Via de tijd ben je een reiziger in je levensloop.
Een tweede ontwikkelingslijn loopt via de ruimte.
Als mens bewoon je een ruimte en in je levensloop heb je ontmoetingen.
Je levensloop wordt mede gestalte gegeven door de ontmoetingen die je hebt.
In de ruimte leef je in verbanden: je woon-verband, je familieverband, je werkverband, je vriendenverband, enzovoorts.
In de ontwikkelingslijn van de ruimte ben je een bewoner.
Met een moederwond heb je genoeg struikrovers, oplichters en bandieten als medereizigers ontmoet.
Je hebt je uit kerkers moeten bevrijden, stormen doorstaan en woestijnen doorkruist.
Je hebt het overleefd, zonder aan leven toe te komen.
De derde ontwikkelingslijn noemt Van Knippenberg de transcendentielijn.
Langs deze ontwikkelingslijn staat de vraag naar zin centraal.
Wat is de zin?
Wat is de waarde en betekenis? Van gebeurtenissen? Van je ontwikkeling? Je leven?
Welke bezieling ervaar je?
Deze vorm van je ontwikkeling staat meer los van de tijd en van de ruimte.
Deze lijn transcendeert, overstijgt, de ontwikkelingslijnen van tijd en ruimte.
Op deze ontwikkelingslijn ben je erfgenaam van het leven dat je kreeg van leven zelf.
Van God, van het Zijn, van de evolutie.
Met alle andere mensen samen ben je erfdeler, want ieder mens is erfgenaam van het leven.
We delen met elkaar de erfenis van ons bestaan als mensheid.
Wijsgeren, zieners en waarachtige toevluchtsoorden wijzen je de weg naar binnen.
Op de transcendentielijn vind je innerlijke rust, innerlijke vrede en een ervaring van thuiskomen in je leven.
Je vindt er ook waarde en betekenis, en levenskunst en levensdoelen.
Op de transcendentielijn kun je de diepste grond onder je bestaan vinden en ervaren.
De diepste grond is het ervaren van het mysterie.
Uiteindelijk is ons leven een mysterie, we kunnen het kennen, maar niet geheel.
God is een mysterie. Het Zijn is een mysterie.
Het diepste mysterie is niet in woorden te vatten.
Geef je eigen woorden eraan, als je weerstand ervaart bij het woord ‘God’ of ‘Zijn’ of…
Laat woorden je niet weerhouden van diepe innerlijke ervaringen.
Je kunt iets van het mysterie weten of er iets van merken, maar niet van het geheel in totaliteit.
Je kunt het deels beschrijven, maar niet in totaliteit verklaren.
Niemand kan het Zijn volledig doorgronden. Niemand kent God volledig.
“Over God wil ik zwijgen”, zegt Meister Eckhart (1).
Wat overblijft is mystagogie, een leerweg gericht op inwijding in de geheimen van het leven.
Die inwijding loopt via je ervaring, het is geen boekenkennis.
Het gaat om inzicht, wijsheid en ‘het’ doorhebben.
Mystagogie is een ontdekkingsreis door het ervaren van het mysterie dat aan het leven ten grondslag ligt.
Het mysterie dat je bijvoorbeeld in christelijke termen uitdrukt als: dat God aan ons bestaan voorafgaat, deelneemt en erboven uitstijgt.
Het mysterie is dat:
- We allemaal deelhebben aan het wonderlijke dat leven heet, maar er zelf niet de oorzaak van zijn.
- Die diepe laag een helende werking heeft voor ieder van ons.
- Stilte, rituelen en gebed deze laag kunnen raken.
- Het mysterie van het leven ons allemaal kan leiden op een weg naar innerlijke heelheid en innerlijke vrede.
Op deze manier naar je leven tot nu toe kijken, geeft je de mogelijkheid constructieve en destructieve invloeden (mensen, omstandigheden of ideeën) te herkennen en te onderscheiden. Dat doe je in beeldende taal.
Reiziger, bewoner en erfgenaam zijn verbeeldingen van hoe jij ontmoetingen en situaties ervaart. Door zelf ook meer in beelden te denken, kun je eenvoudiger je innerlijk uitvragen naar je huidige behoeftes. Je innerlijk ‘denkt’ in beelden.
Welk beeld vervult wat jij nu nodig hebt?
Een kasteel? Een herberg? Een hangmat?
Een medereiziger? Een wijze? Een speelkameraad?
Wat doet dat met jou? Welke waarde en betekenis heeft dat voor jou?
Welke behoefte wordt vervuld?
Kortom: Wat wil je wel?
Dat blijft de cruciale vraag, die je de richting wijst naar een beter leven.
Stel deze vraag elke dag aan jezelf.
Neem de vraag elke dag even in gedachten.
Maak keuzes die deze behoefte recht doen.
Bedank elke dag het leven, God of het Zijn voor het goede dat je hebt ervaren.
Je zult zien: je leven verbetert met de dag.
Dit artikel is een bewerkt gedeelte uit het manuscript Van moederwond naar zelfliefde, met de MAGIC-methode oude pijn helen, door Paula-Willemijn van Rooijen.
Neem hier ook ‘ns een kijkje.
Noten:
(1) Meister Eckhart was een Middeleeuws mysticus, theoloog en filosoof.
Literatuur:
Knippenberg van, Tjeu (2018). Existentiële zielzorg, tussen naam en identiteit. Van Warven, Kampen.
Wat waren voor jou inspirerende gebeurtenissen?
Welke medebewoners hebben je geholpen, gekoesterd, beschermd of bekrachtigd?
Welke waarde en betekenis geeft richting aan jouw leven?
Laat het weten in een reactie.
Of stuur me een email.
Leave a Reply